001

Bij vliegvissen wordt geprobeerd de vis te vangen met kunstaas, dit kunstaas wordt veelal door de visser zelf vervaardigd maar is ook in gespecialiseerde winkels te koop. Voor het vervaardigen, bij vliegvissen ook wel ‘binden’ genoemd, van het kunstaas wordt gebruik gemaakt van bepaalde patronen. Deze bindpatronen zorgen ervoor dat het aas gaat lijken op insecten die op of in het water leven, vandaar ook de naam vliegen. Enige kennis van insecten (entomologie) is hierbij natuurlijk onontbeerlijk zodat je kan vissen met een geïmiteerde vlieg of ander insect die in het betreffende jaargetijde ook werkelijk aanwezig is.

002

In vroeger tijden werd er voornamelijk gewerkt met natuurlijke materialen, zoals paardenhaar, veren en dons. Tegenwoordig wordt daarnaast ook synthetisch materiaal gebruikt. Groot voordeel van synthetisch materiaal is dat er een grote diversiteit aan kleuren en glimmende materialen voorhanden zijn. Het is daarmee mogelijk om de vlieg nog natuurlijker te laten lijken en dus aantrekkelijker voor de vis.

Er is onderscheid te maken tussen vliegen die op het wateroppervlak blijven drijven (de droge vliegen) en vliegen die onder water worden gebruikt (de natte vliegen). Droge vliegen imiteren veelal insecten die landen op het water of hieruit opstijgen zoals libellen, sprinkhanen en muggen. Vooral bij natte vliegen kan er gebruik worden gemaakt van een grote variëteit aan imitatie insecten en zelfs imitatie visjes.

Bron: http://www.vliegvis.nl